A man’s world

Ik reed (ja, ik weet het) naar de sportschool. Het was zondag dus het was druk op de parkeerplaats. (Gelukkig was ik niet de enige die met de auto naar de sportschool ging.) Ik zag nog twee vrije plaatsen en reed achter een SUV aan die kant op. De SUV parkeerde op de ene plek en eigenlijk ook een beetje op de laatste vrije plek. Maar het paste, dus ik blij.

De chauffeur van de SUV zag me blijkbaar even kijken of er nog genoeg plek voor mijn auto was, want de SUV stak nog een keer heen en weer om wat ‘socialer’ te staan. De chauffeur stapte uit en ik bedankte haar voor het gebaar. Ze zei “Ja, ik dacht al dat ik wat ruim geparkeerd had. Ik ben er ook niet zo goed in…tja, vrouw hè”.

Je leest wel eens iets over het verschil tussen mannen en vrouwen bij sollicitaties. Als een man aan 8 van de 10 functie-eisen voldoet, vertrouwt hij er (niet altijd terecht) op dat die laatste 2 hem ook wel gaan lukken. Vrouwen schijnen daarentegen eerder geneigd te zijn om vanwege die 2 eisen niet te solliciteren of te twijfelen over hun geschiktheid voor de functie.

En de media staan vol met voorbeelden waarin vrouwen niet serieus genomen worden, simpelweg omdat ze vrouw zijn. Of het nu om een politica gaat, een arts in opleiding of een presentatrice van Studio Sport, steeds weer lopen vrouwen tegen het verschijnsel aan dat onze maatschappij heel lang een mannenbolwerk is geweest en nog steeds in grote mate is.

Kijk, een man had waarschijnlijk gedacht ‘als jij je autootje niet in dat plekje kan parkeren kan je maar beter helemaal stoppen met autorijden, sukkel’. In ieder geval was de kans dat een man een eventuele fout bij zichzelf gezocht had, een stuk kleiner.

En waar ik vaak wens dat mannen iets minder misplaatst zelfvertrouwen zouden hebben, zou dit voor vrouwen misschien wel andersom mogen gelden. Dus dames, meiden, vrouwen: als je dat mannenbolwerk wil afbreken, hou dan op met het in stand houden ervan. Of ben ik nu aan het mansplainen?

Vingertje

Veel marketingafdelingen zullen zich de afgelopen maanden het hoofd gebogen hebben over de vraag: wat doen we met Qatar? Waar normaal gesproken de WK-inhakers niet van de lucht zijn, ligt dat dit WK anders. Bedrijven zijn voorzichtig, want willen niet de indruk wekken dat ze over de rug van de omgekomen arbeidsmigranten, onderdrukte minderheden of achtergestelde vrouwen geld willen verdienen.

Alle bedrijven? Nee, één klein supermarktje blijft koppig weerstand bieden tegen iedere vorm van moreel en ethisch besef. De reclame van Jumbo (ondertussen stopgezet) toont een verbijsterend gebrek aan gevoel voor de situatie In Qatar. En dat terwijl ze van te voren nog wel hebben gezegd ‘een zorgvuldige afweging gemaakt te hebben en zich te realiseren dat er gevoeligheden bestaan rondom het WK voetbal in Qatar.’

Datzelfde heeft Albert Heijn ook aangekondigd: rekening houden met de situatie in Qatar. En resultaat is ook echt anders: “De AH-reclame voor het WK voetbal is bijna een kerstcommercial, zo zoet, maar precies goed voor dit beladen WK”, schrijft de site Welingelichte Kringen. Het land Qatar wordt niet genoemd, de boodschap is verbinding: samen thuis kijken naar voetbal onder het motto ‘samen zijn we Oranje’.

Inderdaad beter dan de Jumbo-reclame, alhoewel de lat ook bijzonder laag lag. En toch knaagt het: uiteindelijk zit je toch te kijken naar en misschien te juichen voor een WK dat nooit had moeten plaatsvinden. En ik weet, je juicht niet voor de tribune, zoals mijn naamgenoot snedig meende te moeten opmerken als antwoord op vragen over de regeringsdelegatie naar het WK, maar zo makkelijk komen we er wat mij betreft niet mee weg.

Die hele Albert Heijn reclame is voor mij een voorbeeld van de Nederlandse dominee die met het vingertje omhoog belijdt hoe rechtschapen we wel niet zijn, terwijl de Nederlandse koopman ondertussen zijn zaakjes regelt. Kijk ons eens inclusief zijn, zie welk een moreel besef wij ten toon spreiden! Ondertussen kaartjes weggeven voor ‘het grootste voetbalfeest ooit’, pizza’s, bier, chips en oranjesjaaltjes in de bonus gooien en dus keiharde euro’s verdienen aan een WK wat toch met geen mogelijkheid het grootste voetbalfeest ooit genoemd kan worden.

Het had AH gesierd als ze iets anders met het budget en de zendtijd voor deze campagne gedaan hadden: de zendtijd naar mensenrechtenorganisatie of lhbti-actiegroepen, het budget naar de nabestaande van de omgekomen arbeidsmigranten, om maar eens iets te noemen. Maar dat laat het contract wat AH met de KNVB heeft uiteraard niet toe. En van die laatste partij hoeven we ook niet veel actiebereidheid te verwachten, dat is de laatste weken duidelijk geworden.

Wat dat betreft is die reclame van de Jumbo misschien nog wel eerlijker dan die van AH; bij hen is het tenminste duidelijk welk vingertje de Jumbo-dominee omhoog heeft. Maar er is hoop, om dit verhaal toch met een positieve noot af te sluiten: de keten Dille en Kamille laat zien dat je niet overál aan mee hoeft te doen en blijft op Black Friday dicht. Het kan dus wel.

Harry

Soms wordt (een poging tot) satire ingehaald door de realiteit. De laatste weken meen ik dat geregeld te zien. Toen Feyenoord aanvoerder Kökcü weigerde de ‘One Love’ band te dragen met een vage verwijzing naar zijn religie, werd elk satirisch gras voor m’n voeten weggemaaid door het gesprek hierover bij Studio Voetbal, waar Ibrahim Affelay als een soort Messi langs iedere vorm van stellingname wist te dribbelen. In de Avondshow vatte Arjan Lubach het gesprek samen als ‘het definitieve failliet van het woord respect’.

Deze week was Qatar, nu het aftellen naar het WK begonnen is, vaak in het nieuws. Eerst was daar de emir, die niet blij was met de ‘lastercampagne’ die hij meende waar te nemen in de internationale media. Het land had ter goede trouw gehandeld dus waar zeuren we nou eigenlijk over. Daarna kwam het nieuws dat Qatar Nederlandse fans heeft aangeboden om op kosten van het emiraat naar het WK te gaan. In ruil hiervoor moesten de gelukkigen dan positieve berichten op social media plaatsen. Het is hier fantastisch! Ook zouden ‘beledigende uitingen’ gerapporteerd moeten worden.

Hier kan ik wel wat mee, dacht ik. Misschien kan ik iets leuks schrijven over Thierry Baudet die nu vast op kosten van Rusland ergens heen mag? Of mezelf aanbieden als zo’n zogenaamde micro influencer en bijvoorbeeld mensen proberen te overtuigen dat Kensington écht een goeie band is (of is het ondertussen was?).

Maar toen kwam Harry.

Misschien ken je hem bij zijn complete naam: Harry de Tietenman. Als fanatiek Oranje supporter moedigt Harry al jaren onze jongens aan met twee enorme ballonnen in zijn Oranjeshirt. Lachen man. Hij reist Oranje overal achterna. En dus ook naar Qatar. En dat kost hem geen cent, want Harry heeft het aanbod van Qatar aangenomen. Mooi man.

Gisteren zat Harry bij Jinek om over zijn nieuwe hoedanigheid als micro influencer te praten. Hij was al goed ingewerkt. Op de vraag van sportjournalist Thijs Zonneveld of hij wel wist wat er in Qatar speelde counterde hij met de tegenvraag of Thijs dat allemaal zelf gezien had en of hij bewijzen van alle vermeende misstanden had. Vervolgens koos Harry de aanval en vroeg Thijs waar de journalisten 8 jaar geleden waren, toen er misschien nog ingegrepen had kunnen worden. Thijs antwoordde dat een collega van hem 8 jaar geleden was opgepakt en gevangengezet toen hij verslag probeerde te doen van de bouw van de stadions. Harry liet ongevraagd weten dat hij niet van plan was om zichzelf te laten oppakken, dat vond-ie maar dom. Hij was trouwens ook niet voornemens om zich aan de ‘code of conduct’ te houden waar hij net voor getekend had.

De satire voorbij, dit. Hier kun je niet overheen. Alleen die Code of Conduct komt eigenlijk in de buurt. Hierin staan pareltjes als “We know you have your own opinions, and your own style, so based on the facts we present to you, share them in a manner that suits you.” Hoezo geen vrijheid van meningsuiting in Qatar? Ook een mooie, die laat zien dat het WK helemaal niet alleen over geld gaat: “use the official Fan Leader slogan and hashtag in your content: QATAR – THE FANS’ WORLD CUP #IAMAFAN“. Tóch een WK dat echt voor de fans is, het is officieel!

En het meest wrange van dit alles is, zoals Thijs Zonneveld opmerkte, dat er geen geld is om de nabestaanden van de 6500 omgekomen arbeiders te compenseren, maar kennelijk wel om Harry de Tietenman naar het WK te laten gaan. Mooi man.

10

Deze week is het tien jaar geleden. Tien jaar geleden dat we het gesprek voerden dat geen enkele ouder ooit met de artsen van hun kind zou moeten voeren. Tien jaar geleden dat, na jaren tussen hoop en vrees, de hoop als steunpilaar wegviel, ons wankelend achterlatend. Toen we na dat gesprek bij Maria op haar kamer kwamen, bleek ze koorts gekregen te hebben, wat de onvermijdelijkheid nog eens extra benadrukte.

Tien jaar geleden dat Maria alle foto’s van ons mooie gezinnetje die naast haar bed hingen, een voor een wilde vasthouden, alsof ze de beelden nog eens goed wilde bekijken. Ze wist het. Tien jaar geleden dat loslaten een begrip met diepe betekenis werd. Tien jaar geleden ook dat we voor het laatst als compleet gezin de deuren van het ziekenhuis uitliepen. Ik herinner me nog, in de hal van het ziekenhuis, de vriendelijke blik van herkenning van de man van de koffiecorner, die omsloeg toen hij zag wie ik bij me droeg. De rit naar huis, waarvan ik me later af zou vragen hoe ik dat in hemelsnaam zonder ongelukken gedaan had.

Tien jaar geleden dat we met vrienden en familie afscheid moesten nemen. Dat vriend Ralph me wilde helpen om mijn belofte aan Maria, om een liedje voor haar te spelen, in te lossen. Dat we, na het oefenen, het liedje ook even bij Maria gespeeld hebben. Tien jaar geleden dat ik ook weer Mark moest worden in plaats van Vader van Maria.

En het raakt me meer dit jaar. Omdat het een mooi rond getal is? Ik weet het niet, maar het is wel zo. Deze en andere herinneringen spoken de laatste dagen constant door mijn hoofd en de donderwolk die deze weken altijd boven mijn hoofd hangt, is extra groot dit jaar.

Want alhoewel ik allang weer Mark ben, blijf ik voor altijd ook vader van Maria.

Back to the future

Afgelopen week was-ie weer eens op TV: Back to the future. Ik denk wel mijn favoriete film, of in ieder geval een van mijn. Alles klopt wat mij betreft: het plot, de actie, de humor (“Chuck? It’s your cousin Marvin. Marvin Berry! That new sound you were looking for? Listen to this!”) en heel leerzaam: je moet niet rommelen met het tijdscontinuum.

Hadden de opperrechters van het Amerikaans Hooggerechtshof maar naar deze wijze les geluisterd. Afgelopen week heeft het Hooggerechtshof besloten dat het federale recht op abortus opgeheven wordt, waardoor de staten hier zelf over mogen besluiten. Gevolg is dat in Republikeinse staten het onmogelijk zal/kan worden om een (veilige) abortus te ondergaan, soms zelfs als de zwangerschap gevolg is van verkrachting. “Tijdreizen is toch mogelijk” is een veelgehoorde opmerking op social media, “met een reis naar Amerika ben je in één klap 50 jaar terug in de tijd”.

Maar dat is maar een gedeelte van het verhaal. Natuurlijk heeft het terugdraaien van de RoevsWade-uitspraak uit 1973 het recht op een veilige abortus zo’n 50 jaar teruggedraaid. Maar er is meer aan de hand: dit gaat volgens mij veel meer over een kleine groep religieuze extremisten die de afgelopen decennia een enorme macht hebben vergaard.

In de Volkskrant van afgelopen weekend staat hoe het geluid van christelijk-conservatief, (extreem) rechts Amerika steeds meer het geluid van de Republikeinse partij is geworden. En dat heeft nu als gevolg dat, alhoewel meer dan de helft van de Amerikanen vóór legale abortus is, dit recht toch in grote mate beperkt is. En dat in dezelfde week datzelfde Hooggerechtshof een (100 jaar oude!) restrictie voor het dragen van wapens verbood, terwijl 80% van de Amerikanen voor meer regels rondom vuurwapens is.

En de kans is aanwezig dat dit nog maar het begin is. In zijn motivatie voor het besluit over abortus hint opperrechter Thomas op het terugdraaien van andere besluiten en noemt hierbij het recht op gebruik van anticonceptie en huwelijken tussen mensen van hetzelfde geslacht. Als dat waarheid wordt lijkt het er meer op dat de klok in Amerika stukje bij beetje, uitspraak voor uitspraak, een paar honderd jaar wordt teruggedraaid. Een klein groepje machthebbers die vanuit een religieuze overtuiging het land bestuurd, dat klinkt meer als de middeleeuwen.

Zwart-Wit

Frank Boeijen zong het al: “Denk niet wit, denk niet zwart, denk niet zwart-wit. Maar in de kleur van je haar.” Wijze woorden, al heb ik dat laatste nooit helemaal begrepen. Helaas wordt het advies van Nijmeegs bekendste troubadour tegenwoordig weinig tot niet in de praktijk gebracht. Op social media, in politieke debatten, in de krant en aan de talkshowtafel: het lijkt wel alsof je pas aandacht krijgt wanneer je in absolute termen praat: altijd dit, nooit zo, alles zus, niets dat.

Neem de huidige discussie over de jeugdzorg. In oktober 2021 is bekend geworden dat 1175 kinderen van slachtoffers van de toeslagenaffaire uithuis geplaatst zijn. In de discussie die hierop losbarstte, viel al snel het woord ‘staatsontvoering’, met of zonder #. En dit is een goede weergave, niet per sé van de werkelijkheid rondom die uithuisplaatsingen, maar zeker van de teneur van de berichtgeving in de media: uithuisplaatsing slecht, jeugdzorg slecht, ouders en kinderen slachtoffers van een systeem waar alles fout gaat.

Het grote bezwaar van de wijze waarop de jeugdzorg en de uithuisplaatsingen worden besproken, is dat de stelligheid van de meningen een zinvolle discussie hindert. De laatste weken heb ik meerdere jeugdzorgprofessionals zichzelf zien verdedigen, zoals in de Volkskrant een kinderrechter. Zij betoogt: “Het beeld dat kinderen van toeslagenouders onterecht uit huis zijn geplaatst en/of ten onrechte niet zijn teruggeplaatst is onjuist en ongenuanceerd.” Direct onder haar artikel op de site staat een column met als titel: “Ook de minister kon niet één expert noemen die vindt dat uithuisplaatsingen goed gaan”.

Zo komen we dus niet verder.

Volgens mij zijn dingen in het leven nooit zwart-wit. Shit, nou doe ik het zelf ook. Herstel: volgens mij zijn dingen in het leven vrijwel nooit zwart-wit. De waarheid ligt in het midden, in het zogenaamde grijze gebied. Nu weet ik dat grijs (als kleur) er niet echt goed opstaat (grijze muis, vergrijzing, 50 tinten), maar misschien is het wel tijd voor een opwaardering van deze kleur. Ik vind hem prachtig. Maar dat kan natuurlijk ook met mijn achternaam te maken hebben.

Knop

Don’t tell me you’re funny, tell me your joke. Geen woorden maar daden. Action speaks louder than words.

Zomaar wat gezegdes die bij me opkwamen toen ik gisteren naar Vandaag Inside zat te kijken hoe Johan Derksen zijn bekentenis van een dag eerder goed probeerde te praten. Ik ga het hier niet herhalen, check de link maar.

In ieder geval was het verhaal gisteren net iets anders (als in: geen strafbare feiten) en was de reden dat hij dit verhaal met ons had gedeeld niet begrepen. Bovendien, en daar waren alle vaste gasten het over eens, hij had altijd heel veel compassie en mededogen met de slachtoffers van misbruik. Excuses waren niet nodig, want hij bedoelde het niet zo slecht en hij had toch gezegd dat hij zich schaamde? En, bovendien, toen was alles anders. Had hij al gezegd dat hij altijd heel erg meeleeft met slachtoffers van misbruik?

Yeah right.

Als dat echt zo zou zijn, zou dat verhaal dan niet anders verteld zijn? Op een manier die dat meeleven ook laat zien? En niet als sterke kroegpraat met als voornaamste doel om de lachers op zijn hand te krijgen? Lachers die zo geconditioneerd zijn, dat ze altijd wel lachen, hoe slecht de ‘grap’ ook is?

En ook ik vind dat deze man, dit programma, van de buis zou moeten verdwijnen. Als mensen zo’n behoefte hebben aan kleedkamerpraat, moeten ze maar gaan sporten. Is nog gezonder ook. Maar als dat programma dan stopt, laat het dan zijn omdat er niet meer gekeken wordt en niet omdat het programma ‘gecanceld’ wordt. Dat voedt alleen maar de onzinnige bewering dat je ‘niets meer mag zeggen in dit land’.

Nee, laten we de woorden van de helaas deze week overleden Henny Vrienten in daden omzetten:

“Er zit een knop op je TV
Die helpt je zo uit de puree
Druk ‘em in en ga maar mee
De bloemen buiten zetten”

Hup Elite!

Zo. De langste kabinetsformatie ooit zit er op. Deze week hebben Rutte en co hun plannen gepresenteerd. Vanaf vorige week gingen de geruchten al dat het eindelijk zover zou zijn en maandagochtend werden de fractieleiders geïnterviewd op weg naar de laatste loodjes. Ze deden hun best om de verwachtingen te temperen, wilden geen van allen iets dat ook maar leek op een toezegging doen dat het bijna klaar was. Ja, misschien maar misschien ook niet. We moeten nog hard werken en dat gaan we nu doen, met hopelijk snel resultaat. “Deo Volente, zoals ze dat wel zeggen” zei Sigrid Kaag.

De afstand tussen de bestuurlijke elite en de rest van het land in 1 zinnetje. Want: niemand zegt nog “Deo volente” (toch?). Misschien dat Thierry weet wat het betekent, want die kent Latijns. Maar die gelooft alleen in zichzelf, dus die zegt dat ook nooit.

Niet dat ik tegen de elite ben, begrijp me goed. Ik ben juist enorm voor! Laat die elite maar hun capaciteiten gebruiken om moeilijke besluiten te nemen, om ons land door een turbulente wereld de weg te wijzen naar een mooie toekomst. Daarbij op transparante wijze verantwoording afleggend aan onze volksvertegenwoordiging in de Tweede Kamer. Ja, ik zie ook dat het hier misgaat. Maar ligt dat aan de zogenaamde elite of aan de definitie die we aan dat begrip hebben gegeven?

Eerst was de elite een “uitgelezen minderheid die bijzondere sociale, geestelijke en zedelijke kwaliteiten geacht werd te bezitten en die als geprivilegieerde, leidinggevende groep optrad”. In ons ‘doe maar normaal, dan doe je gek genoeg’-landje houden we echter niet zo van mensen met bijzondere kwaliteiten en wordt elite als iets negatiefs gezien. Dus bestaat de ‘elite’ steeds meer uit mensen die wel een bevoorrechte positie hebben, maar er geen bijzondere kwaliteiten tegenover zetten.

Kijk, als onze minister-president visie omschrijft als de olifant die het zicht op de rest van de kamer belemmert, als een lijsttrekker tijdens een pandemie roept dat we toch niet moeten luisteren naar een “klojo in een witte jas”, dan ontstaat ruimte. Ruimte voor een dansleraar die zich viroloog waant. Ruimte voor een model om na een paar uurtjes googelen ‘vragen te stellen’ over een complot van de farmaceutische industrie, regeringen en grote bedrijven . Ruimte voor gesprekken aan talkshowtafels waar wetenschappers tegenover BN-ers met een mening gezet worden, want dat clasht zo lekker op tv.

En mensen gaan erin mee, gaan erin geloven dat die dansleraar het beter weet dan de viroloog of dat het model een wereldwijde samenzwering blootlegt. Verwarren het hebben van een mening met het hebben van kennis en verwarren kennis met begrip. En als gevolg hiervan zoeken ze antwoorden waar ze niet te vinden zijn. Bij ‘life-coaches’ als Lil Kleine en Ali B bijvoorbeeld. ‘Coaches’ die vooral blijk geven van hun talent om zichzelf centraal te zetten terwijl je als coach toch vooral zicht op de ander moet hebben. En dergelijke dwalingen zijn niet zonder (financieel) risico: voor je het weet loop je rond met een radio-actieve ketting om je nek.

Nee, het wordt tijd om het begrip ‘elite’ een opwaardering te gunnen. Zodat we mensen die écht ergens verstand van hebben de ruimte geven om te doen waar ze goed in zijn. Zodat problemen niet verplaatst of vooruit geschoven worden, maar opgelost. En als we dan toch bezig zijn met her- of opwaarderen, kunnen we ‘deugen’ dan ook meenemen?

Omdenken

Misschien ken je het wel, via LinkedIn of andere social media; Omdenken. Een manier om probleemoplossend te werken in organisaties door ‘ja maar’-denken te veranderen in ‘ja en’-denken. Op die manier zeg je ‘volledig ja tegen de realiteit’ en doordat je de feiten accepteert, ontstaan nieuwe mogelijkheden om het probleem op te lossen.

Prachtig. En, zo lijkt het tenminste, een groot succes. Er zijn scheurkalenders, posters, agenda’s, zelfs een theatershow en natuurlijk de bedrijfstrainingen. Out-of-the-box-denken was nog nooit zo lucratief.

Een bedrijf waarvan ik vermoed dat ze een training bij Omdenken hebben gevolgd is Nedcar. Vorige week stond een artikel in de Volkskrant over de bouwplannen die het bedrijf heeft voor een nieuwe productielijn. Klein probleem: de beoogde locatie is een oud bos, met eiken van 200 jaar oud, waarin bovendien beschermde vleermuizen wonen. Dus geen kapvergunning.

Met het oude ‘ja maar’-denken kwam men niet tot een oplossing. Hier was Omdenken nodig! En ja hoor, een nieuw idee was geboren: als we geen vergunning krijgen omdat die vleermuizen in het bos wonen, waarom verhuizen we de vleermuizen dan niet? Maar hoe doe je dat, vleermuizen verhuizen? Daar wist Nedcar wel wat op: gewoon de deur op slot doen. Met plastic werden de holen in de bomen afgesloten, zodat de vleermuizen er niet meer in kunnen. Ze moesten maar naar het nieuw aangeplante compensatiebos een stukje verder. Prachtig omgedacht (al zullen die vleermuizen er anders over denken).

Een ander mooi staaltje omdenken is het plan om in de ruimte een aluminium scherm op te hangen ter grootte van Europa, om een beetje zonlicht te weren en zodoende de opwarming van de aarde tegen te gaan. Een ouderwetse ‘ja maar’-denker zou zeggen dat je dan de ruimte gaat vervuilen om de aarde ook verder te kunnen vervuilen, maar dat is zoals gezegd ouderwets.

En noem me dan ouderwets, maar toch heb ik een probleem met deze manieren van omdenken. Hartstikke leuk als je de regels die voor het kappen van een eeuwenoud bos weet te omzeilen, maar misschien zijn die regels er niet voor niets? (de ambtenaren die de kapvergunning hebben afgegeven zou je ook een onbewoonbaar huis in, pak m beet, Valkenburg gunnen, trouwens. En dan wijzen naar een stapel stenen en een zak cement als nieuw onderkomen) En het lijkt me ook fijn dat we kritisch blijven kijken naar welke feiten je accepteert, of je een ontstane realiteit wel wíl omarmen. Anders wordt jouw omgedachte oplossing het probleem van een ander.

Lastig

Ik vind het lastig. In een tijd waarin het land, de wereld, steeds meer verdeeld lijkt in voor of tegen, voel ik me bijna gedwongen om een standpunt in te nemen over de zogenaamde coronapas. Het (demissionaire, dat vind ik toch belangrijk om even te vermelden) kabinet wil de 1,5 meter-maatregel los laten, en dan zou toegang tot evenementen zoals concerten, maar ook horeca alleen nog mogelijk zijn met een QR-code. Die code toont dan aan dat je ofwel gevaccineerd of negatief getest bent.

Zoals ik het begrepen denk te hebben, is dit nodig omdat de vaccinatiegraad nog rond de 80% ligt en dit te laag is om alles helemaal los te laten. Dat zou opnieuw een te grote druk op de zorg kunnen veroorzaken. Wanneer de vaccinatiegraad boven de 90% zou zijn, zou de pas niet meer nodig zijn en zo snel mogelijk weer afgeschaft worden (waar hebben we dat eerder gehoord?).

Ik ga hier niet alle voors en tegens van de beide kampen herkauwen, kijk daarvoor maar op social media. En als ik dat doe, vraag ik me af of je over een dergelijke kwestie ook níet uitgesproken mag zijn. Omdat het ingewikkeld is en er veel kanten aan zitten. Omdat het over persoonlijke vrijheid gaat en gezamenlijke verantwoordelijkheid. En over gezamenlijke vrijheid en persoonlijke verantwoordelijkheid.

In de (social) media is geen ruimte voor enige twijfel. Iedereen lijkt zijn of haar standpunt al te hebben bepaald en geeft niet de indruk veel ruimte voor tegenspraak te dulden. En veel te vaak wordt een standpunt verdedigd met een lekker in het gehoor liggende en nog veel fijner op het onderbuikgevoel spelende vergelijking, die bij een beetje doordenken op zijn minst grotendeels mank gaat. Nee, we leven niet in een dictatuur of onder een apartheidsregime. En nee, dit is niet hetzelfde als een rijbewijs. Het probleem van die vergelijkingen is dat de discussie vervolgens gaat over de vergelijking en niet over de kwestie zelf. Dat helpt ons niet verder, lijkt me.

Zoals gezegd, ik weet niet wat ik ervan moet vinden. Ik vind wel dat de maatregel raakt aan een aantal, toch fundamentele, rechten zoals het recht op zelfbeschikking en het recht op persoonlijke integriteit. Om zo’n maatregel dan er als demissionair kabinet zo maar ff door te jassen, gaat me wat ver. Ook omdat er een kamermotie is aangenomen die een dergelijke vaccinatiedrang juist afwijst. En minister De Jonge eerder heeft gesteld dat er geen drangmaatregelen zouden worden ingevoerd. Het is door deze handelswijze dat het vertrouwen in een overheid die het beste met ons voor heeft nog verder afbrokkelt en daarmee het draagvlak voor dergelijke maatregelen.

Dus de manier waarop de coronapas ingevoerd wordt, daar vind ik wel wat van. Maar de pas zelf? Ik vind het lastig.